zondag 30 december 2012

Kleur-en-verlangen

Onlangs, tijdens één van mijn wandelingen, verbaasde ik me over het groene landschap. Ook al was het winter en waren de bomen zo kaal als biljartballen, het gras leek op de één of andere manier groener dan groen. Het was net of de boer het pas had gemaaid, zo keurig lag het erbij. En alsof de wind alle halmpjes in dezelfde richting had gekamd. Strak op een rij. Een gewassen en gestreken onvolwassen leger groene prikkelsprietjes.

In de zomer staat het gras in hetzelfde weiland ruim een meter hoog. De boer laat het wild groeien. Onze hond moet dan springen om te zien waar ik ben en imiteert kangoeroes. Er bloeien bossen margrieten en klaprozen. En vele andere bloemen waarvan ik de namen niet ken. In de lente, als alles groen wordt, ruikt de lucht hier ook groen. Elk seizoen heeft zo z’n geur en kleur. In de zomer ruikt alles geel en rood. Naar warmte. In de winter ruikt het blauw. Koel en fris blauw. Waarom ik dat zo associeer? Geen flauw idee!

Deze week rook echter naar bruin. Naar de geur van muffe natte grond. Sompige sloten. Dode bladeren. Het was een net-geen-winter-geur. Het waaide guur en het flauwe zonnetje stond te verzuchten in het zuiden. Even leek ze me te verwarmen maar al gauw lieten haar stralen me weer los. De wind was de baas en stak mij ruw in beide handen. Mijn rechteroog was verdrietig en traande er vrolijk op los. En ook al heeft mijn neus geen pootjes, ze bleef maar doorlopen. Ook als ik stilstond. Met mijn snoet in de wind trotseerde ik kou, tranen en snot. Wat een held was ik!

Held…
Daar liep ik met m’n warme boots.
M’n dikke jas, sjaal en thermosokken.
Het prille groene leger wuifde nog eens.
Ze verlangden, net als velen met mij, naar de lange armen van de zon.
Ik snoof de schoonheid van het landschap nog een keer omhoog.
Rood verlangen…
Heerlijk.

 

zaterdag 29 december 2012

Mannenkerstvoetbalweddenschap…


We gaan gourmetten. De glazen schuifdeuren naar de kamer zijn gesloten anders meurt straks het hele huis. De geluiden in de keuken klinken harder met de deuren dicht. Als de mannen met hun zware stemmen lachen vult dat de keuken nog meer. Ook de vrouwen gieren het uit. Want wij hadden me toch wat te lachen…

Het is vierde kerstdag en we zitten gezellig bij elkaar. Eindelijk is het zover. Tijdens Kerst moest een aantal familieleden werken. Of ze hadden bij een andere familie feest. Maar op vierde kerstdag hadden wij de mogelijkheid om ons gezin bij elkaar aan één tafel te krijgen. Met ‘aanhang’.
De messen en vorken schrapen over de borden. In de pannetjes sist het gourmetvet. Op tafel staan salades, vlees, brood en sausjes. De mannen blijven lekker een biertje drinken, ook tijdens het eten. We laten het ons allemaal goed smaken. In de woonkamer zien we de lichtjes van de kerstboom twinkelen. Onder de boom liggen cadeautjes. Natuurlijk met gedichten.

Maar ik dwaal af. Die mannen. Twee jonge mannen en één ‘oude’ man. Hij is niet echt oud maar zo zien die jongeren hem wel. En die oude man hoort lekker bij mij!

Manlief geniet ook zichtbaar van de gezelligheid en al gauw komen we bij het onderwerp ‘voetbal’. Nou vinden die jongemannen zichzelf heel wat. En ze jennen mijn oude man graag een beetje. Dollen onderling wat met elkaar over hoe goed ze zijn. Lekker stoer. Voetbal is het he-le-maal. Het is waar, die jeugd kán voetballen. Dat weten we al lang maar ze laten het nog even haarfijn weten. Het zijn mannen hè?

Mijn man sport eerlijk gezegd nooit. Hij kijkt. Af en toe. En dan alleen naar de beslissende wedstrijden van Twente of van het Nederlands elftal. Hij is dan de bondscoach. Net als vele duizenden voetbalminnende mannen. Oké, hij sport op het werk en raad eens wat? Daar mag hij graag een potje … zaalvoetballen! Even helemaal tot aan het gaatje gaan. Of hij het ook echt kán – het voetballen – is een tweede. Daar kan en wil ik me niet over uitlaten.

Maar dan… dan doet die lieve oude man tijdens ons avondmaal iets doms. In mijn ogen dan. Hij daagt de jonge topvoetballers uit voor een partijtje zaalvoetbal! Bralt daarbij ook nog eens honend dat ze hem na een half uur niet meer bij kunnen houden. En wédt… dat hij ze glansrijk verslaat. Echt! O ja, en hij steekt, om zijn woorden te bekrachtigen, lachend twee vingers in de neus. “Zo doe ik dat!” zegt hij lachend erbij.

De dames gieren het uit. De twee junior-Ronaldo’s rammen gierend van het lachen hun vuisten op tafel. Wat denkt die ouwe gek nou? Ze stellen onmiddellijk een team samen om die man eens een poepie te laten ruiken. Er volgt een boks tussen de jongelui en een wijsvingertje naar ‘die ouwe’. “We gaan je inmaken man!”

Voor de rest van de avond was de toon gezet.
De resultaten van de wedstrijd zal ik hier zeker bekend maken.
En ongeacht de uitslag: ik vang ‘die ouwe’ liefdevol op na afloop van “The Battle”!

Wordt vervolgd…

maandag 10 december 2012

r e s p e c t . . .


Je kind ligt in het ziekenhuis…  
Als ouder ben je dan erg bezorgd. Maar vader heeft een drukke baan. Hij heeft onregelmatige werktijden en kan niet op het spreekuur komen. Toch wil hij wel heel graag horen hoe het nu met de kleine gaat.

Dus belt hij met het ziekenhuis. Gelukkig, de verpleegkundige is uiterst meelevend. Dat zijn de meesten overigens. Een goede warme eigenschap.  

De verpleegster pakt de status van je kind erbij. Ze legt de gezondheidssituatie van je kind uit. De vader vraagt of zijn kind nog veel moet spugen en of het wel goed eet. En wat de verwachting is voor de komende dagen. Uiterst correct wordt hij te woord gestaan. Fijn dat hij als bezorgde vader dat nu toch maar even weet. Kan hij met een gerust hart verder werken. Hij was zó vreselijk ongerust...

Maar dan. Een paar uur later. Het gesprek tussen de vader en de verpleegkundige is via een willekeurige radiozender te horen. Het hele gekrakeel wordt uitgezonden. En het staat ook al op het internet. Iedereen weet ineens wat jouw kind mankeert. Want de man die gebeld had was de vader niet maar een reporter… 

Barst!

Als je het zo leest en daarbij aan je eigen kind denkt lijkt het misschien anders dan wanneer je leest dat het om ene Kate en William gaat. Trouwens, het zou ook zo om prins Friso kunnen gaan. Deze hoogheden worden op allerlei manieren beschermd en uit de publiciteit gehouden. Zij hebben geen openbaar Facebook-account of Twitter. Deze ‘celebs’ zijn geïsoleerd en leven een voor ons ongekend vreemd bestaan.

Maar of het nu om ons kind gaat of om beroemdheden… het verhaal is hetzelfde. 
Want wat geeft iemand anders het recht om jouw privacy te schenden?! 
Waar ligt de grens?

Er zijn mensen die onnadenkend handelen. Mensen die zonder schroom iets verschrikkelijks roepen. Of ineens gaan meppen.
We hebben het vorige week verafschuwd toen een grensrechter werd vermoord. Normen en waarden zijn ver te zoeken. 
We zien dat anderen gepest worden. Getreiterd tot de dood. Maar we durven niets te zeggen uit angst voor represailles. 
We draaien er om heen. 
We zwijgen en buigen ons hoofd.  
Toe maar... 
Hakken maar…

Van onze gemaakte fouten kunnen en moeten we wat leren. 
Daar zijn we nooit te jong of te oud voor. 
Dus: draai je hoofd niet weg.
Want alles staat óf valt met normen en waarden.
Alles!

X



respect... 
soms grenzeloos ver te zoeken.
maar respect
hoort dichtbij jou en mij.

heb respect
voor normen en waarden.
toon respect!
en leef. zij aan zij



maandag 3 december 2012

hoofd boven water



We zwemmen met ons hoofd boven water

Kunnen ons nog nét bedruipen

Maar… komt er niet heel gauw land in zicht

Dan zullen we met z’n allen verzuipen…


zondag 2 december 2012

Kind gevangen!



Het zit gevangen in een boek
De klok lijkt stil te staan
De moeder roept wat in de verte
Over dat ze nu aan tafel gaan

De telefoon, de bel, die hoort het niet
Ergens blaft een boze hond
Maar het zit hier als vastgenageld
Met een boekje op de grond

Het is zo spannend dit verhaal
Hierdoor vergeet het alle tijd
Een kind gevangen in een boek
Want lezen is een heerlijkheid

woensdag 28 november 2012

Snijden...


Een paar weken geleden belande onze dochter ineens in het ziekenhuis. Terwijl zij ziek lag te wezen bleef ik aan haar bed waken. Nu is het al best een heule grote meid van 18 jaar maar als je kind zo ziek is dan laat je ‘t niet alleen. ’t Is en blijft je kind hè? De behoefte aan telefoon of wat dan ook was nihil. Ik wou gewoon bij haar zijn en stil aan haar bed zitten. Onzekerheid ging gepaard met angst. Maar heel raar; bovenal voelde ik liefde en dankbaarheid.

Je ziet in zo’n ziekenhuis van alles. Krijgt indrukken die veel verschillende emoties oproepen. En ik wou die emoties niet negeren. Behalve verband krijg je in het ziekenhuis namelijk ook een band, en wel met de overige patiënten. Tussen de bedden was er geen verschil in rang en in stand. Alleen het ziektebeeld was anders. Er waren mensen die slecht nieuws kregen. Heel slecht nieuws. En al kende ik ze niet goed, het deed pijn. We hebben geluisterd, meegeleefd en getroost. Het voelde op een 'vreemde' manier vertrouwd…

Over het ziekenhuispersoneel niets dan lof. De verpleging liep zich werkelijk uit de naad! Want het is waar, er loopt veel te weinig personeel op de werkvloer. We hebben het aan den lijve ondervonden. Ik denk dat familie van onze premier niet op een normale afdeling belandt. De beste man zou zich helemaal rot schrikken als hij ziet hoe hij heeft zitten snijden in het personeel.  Een totaal mislukte operatie, zo zou ik de koers van onze politiek willen noemen. Mensen die zo nauw met mensen werken moet je koesteren! Maar ja, dat is mijn mening en daar wordt niet om gevraagd...

Voor onze dochter werd het bezoekuur op een avond afgezegd. Ze was overdag zó vreselijk ziek en bleef vanaf de middag slapen. Ik mag wel zeggen; als ouder maak je je dan best zorgen. Je ziet verschrikkelijke spoken en wilt ze allemaal verjagen. Allerlei akelige scenario’s doemen op. Ze gaan toch niet in haar snijden? Ze wordt toch wel weer beter? Yep, dat hakt er in en zet je flink tot nadenken. En het rare is, het nadenken geeft je op een vreemde manier rust.

Ze was op een dag alleen op een kamertje. Er lag een kladblokje. En ik vond een pen. Voor ik het wist zat ik te schrijven. Over hoe de tijd aan ons voorbij vliegt. Ik schrapte regels en zette er nieuwe voor in de plaats. Ik was blij dat ik kon schuiven, krassen en strepen. Het voelde lekker en ontspannend. Het werd uiteindelijk maar een klein gedichtje. 

We zijn niet blijven hangen. Niet in die aparte stemming van het ziekenhuis en niet in wat voor stemming dan ook. Onze dochter was 'gewoon' even erg ziek; achteraf gezien viel het gelukkig mee. Ze mocht na een paar dagen naar huis en dan pak je de dingen van alledag zo weer op. Soms lijkt het alsof er niets gebeurt is... 

Maar toch. Heel af en toe... blik ik nog wel eens terug op die ziekenhuis-tijd. Al kijk ik liever weer vooruit. Vooruit, naar een mooie gezonde toekomst. Voor mijn dochter. Voor mijn gezin. Voor mijn dierbaren. Maar ook voor de andere zieken. En vooral voor de mensen die werken in de zorg. 
Respect!


>>> het ziekenhuisgedichtje:

ze tikken maar door
de minuten en uren
onwezenlijke tijd
van staren naar het behang

niets dat stoort
bij in het niets te turen
nog nèt geen eeuwigheid
maar wachten... duurt best lang...


woensdag 21 november 2012

Wees jezelf!

Kijk niet naar anderen
kijk naar jezelf
Doe niet als anderen
blijf steeds jezelf
Jij bent uniek
hoe je doet, hoe je leeft
Ja, jij HEBT jezelf
zoals niemand die heeft!
 

Zoektocht

Het leven is soms 'n helse tocht 
langs je eigen zelfbeeld 
met duizend en één gevoelens 
totaal verknipt, verdeeld 

En telkens brengt op deze kloot 
een breder en dieper dal 
en een hoger en steiler berg 
je in extase, maar ook ten val 

Toch, tijdens je zoektocht 
naar je eigen diepste ding 
ontmoet je ook liefde, geborgenheid 
waardering en erkenning 

Hou je vast met heel je hart 
aan alle liefde en trouw en hou moed 
Weet bij elke stap die je zet: 
ik doe het, en ik doe het goed!

niets is wat het lijkt

Ik loop er langs 
Sta er zelfs even voor 
Er valt me niets op 
Dus loop ik maar door 

De volgende dag 
Ben ik er al weer 
Gewoontegetrouw 
Dus … daar ga ik weer 

Al die dingen 
Gaan jaren zo voort 
Ze vallen niet op 
Alsof 't allemaal zo hoort 

Totdat ik het zie 
Nou, da's toch niet normaal!? 
Eerst had ie nog blaadjes 
En ineens… issie kaal! 

levende dood

Mijn ogen weten niet waar ze moeten kijken
Zoveel geweldige kleuren om me heen
Hoewel het groen eerst nog wou blijven
Tussen kleuren geel, bruin en rood
Vroeg het, voordat het stil verdween
Ben ik nu leven? ... of toch ... dood?
 

kleine dingen

Soms kun je zomaar huilen 
om de kleinste dingen 
Prikken tranen in je ogen 
bij een lied wat je wilt zingen 
Vloeien tranen bij een film 
Bij een woord of bij een kaart 
Ach, het zijn maar kleine dingen 
maar die zijn echt zooooveel waard… 

dinsdag 6 november 2012

wachten...

ze tikken maar door
de minuten en uren
onwezenlijke tijd
van staren naar het behang

niets dat stoort
bij in het niets te turen
nog nèt geen eeuwigheid
maar wachten... duurt best lang...

dinsdag 30 oktober 2012

Herfst


De hemel huilt
tranen met tuiten
om vervlogen zonnige dagen

De wind trekt aan
tijd is voorspelbaar
en doet het licht vervagen

Binnen heerst warmte
de gevoelstemperatuur klopt
in lichaam én in geest

Ik wuif
en met een gulle lach
geef ik de herfst de geest

donderdag 25 oktober 2012

Dat ene uurtje (zomer- en wintertijd)


Het is herfst. Dat had je vast al gezien. Mènnn, wát een kleurenpracht buiten. En het ruikt zo lekker! Mooie paddenstoelen en dauw op de pasgevallen bladeren. Schitterend. In het landschap wisselen rood, geel, groen en bruin elkaar in hoog tempo af. De boel wordt opgeruimd. Het is best zielig want alle blaadjes aan de bomen gaan nu dood. Bloemetjes gaan dood. En veel dingen staan er best triest bij. En… eigenlijk hoort bij herfst: guur weer, harde wind en regen. Veel regen. Maar… deze herfst gelukkig nog niets van dat alles!
Want het is ruim 20 graden. Het zonnetje schijnt, de lucht is blauw… Tot de volgende horrorwinter ons overvalt mogen we nog even genieten. En dat genieten doen we dan ook met volle teugen! Lekkere lange wandelingen met de hond en de achterdeur tot laat in de middag open. Tot zover alles heerlijk en prachtig. Dus, wat klaag ik dan?
Nou, mag ik een keer? Want… ik mis iets. En: ik weet wat het is! Het duurt nog heel even en dan heb ik het terug. Eindelijk. Tot die tijd moet ik het gewoon ‘uitzingen’. Ach, ’s avonds gaat het in het begin nog wel. Ik heb dan het meeste ‘last’ in de ochtend-uurtjes. Wat ik mis? Nou, dat ene uurtje dat we aan het begin van het jaar moesten inleveren omdat we zo nodig een zomertijd moesten invoeren!
Vooral de laatste dagen vraag ik me af: wat is de meerwaarde van die zomer- en wintertijd? Ik ben na het verzetten van de klok helemaal de kluts kwijt. Nu ben ik die wel vaker kwijt, dus eigenlijk zou me dat niet moeten verbazen. In het voorjaar gaat het allemaal nog wel. ’s Morgens spring ik kwiek, voor de wekker ook maar een kik kan geven, mijn bed al uit. “Heerlijk” roep ik de hele dag. “Een lekkere lange dag! Geweldig!” Tot een uurtje of half elf ’s avonds. Dan verlies ik ergens mijn kluts. Want dan komt er ineens die man met de spreekwoordelijke hamer vanachter het bankstel en die slaat me helemaal in elkaar. Onvoorstelbaar… Ik zit te knikkebollen nog voordat Pietje zijn Oant moarn (wij zeggen gewoon ajuus) kan uitspreken.
En naarmate de maanden verstrijken verschuift bij mij het probleem. Want tegen de tijd dat de klok weer terug in de tijd gezet moet worden ben ik ‘s avonds best fit maar sléép ik me uit mijn bed. Dan staat die hamer-man volgens mij ’s morgens naast mijn bed zodat ik er niet uit kan! Ja, ik verlang dat ene uurtje echt terug. Ik wil ‘Back to the future’. Als ik morgen opsta is het donker. En een uurtje later is het licht. Nou, ik wil licht zien. Natuurlijk wakker worden.
Dus…
Ik zou willen vragen aan de instantie die de zomertijd bedacht heeft, of die het ook weer ongedaan kan maken. Zomertijd in de lente en wintertijd in de herfst… Dat werkt niet. Afschaffen!
Afijn, dit weekeind gaan we de klok gelukkig weer terugzetten.
Dan krijg ik die ingeleverde tijd weer terug.
Ik mis het.
Want dat ene uurtje….
Dat is wel mooi MIJN tijd!


Gepubliceerd op Absolutely Enschede

maandag 1 oktober 2012

najaarsperikelen


Onder de wielen van mijn fiets
Knisperde het pas gevallen blad
De wind blies nog één lauwe bries
En heeft me even beet gehad

Nu blaf ik alles aan elkaar
Hijg en puf ik als een hond
En blaas na elke ademteug
Duizend bacillen in het rond

Lang leve ... de herfst?!

dinsdag 25 september 2012

Kleurpotloden in de was


Na je geboorte volgt meestal een proces dat ‘leven’ heet. Maar je bent je er niet van bewust. Hulpbehoevend. Van hielprikjes, luiers en gehoortesten. Eenmaal uit de luiers: groeipijntjes. Tandjes vallen uit. De “zelluf doen”-fase. School. Roddelen. Fluisteren in het oor. Papa is je held. Mama is je voorbeeld. En het leven is luchtig.
Je bent ieniemienie jong en onvoorstelbaar flexibel. In no-time naar de grote school. Je stuift door het leven alsof het morgen voorbij kan zijn. Wát een leven!
Dan komt er de fase van make-up, kleding en foto’s. Mobieltjes, sporten, brommers en brommers kiek’n. Haren verven en blijven slapen bij deze of gene. Alles doen wat moeders verboden heeft. Grenzen overschrijden. Rotzooi en ruzie maken. En je groeit maar door. Ongesteldheid. Pubertijd. Belachelijk. Je weet het allemaal zelf wel. Komt er dan nooit een eind aan? Je hoort niet bij de groten maar ook niet bij de pubers. “Zo hé, jij bent al groter dan je moeder!” Stomme achterlijke opmerkingen allemaal…
Dan komen De Vriendjes. Feestjes. Je rijbewijs. Gezelligheid kent geen tijd. Het kán niet op. Dát is pas leven! Romantiek, verliefdheid en liefde zijn nog niet te onderscheiden van elkaar. Geluk en ongeluk volgen elkaar in ongelooflijk rap tempo op. Je hoort over enge ziektes. En ook over doodgaan. Je zoekt het pad van je leven en probeert er op te blijven. Verleidingen lonken. Keuzes maken gaat je gemakkelijker af en je krijgt het gevoel voor ‘vol’ aangezien te worden.
En dan denk je dat je in de bloei van je leven bent… Juist. En wát voor een leven. Want dan komen jouw kindjes. Je bent getrouwd met de klok. Jij wordt geleefd en je lijf leeft ondertussen ook ergens voort. Kinderen vullen je dagen en nachten. Je praat over luiers en voedingen. De televisie staat aan zonder dat er naar gekeken wordt. Je haalt ineens kleurpotloden uit je wasmachine. Rimpels om je ogen verraden dat je uit de dertig komt. Dat je moe wordt. En je zegt het ook. Jij klaagt tegen vriendinnen en vriendinnen klagen net zo hard terug op de weinige momenten dat jullie elkaar rustig kunnen ontmoeten. Wat een leven!
Maar er komt nog een fase. De haren worden opnieuw gekleurd. Nu om de grijze pruik te camoufleren. Kalknagels en likdoorns. Een leesbril en een bril voor veraf. Onrustige benen en slaapproblemen. Je tandjes vallen opnieuw uit. Kunstgebitjes. Gehoortesten en gehoorapparaten. Jeu-de-boulen met soortgenoten en lotgenoten in het park. Bot-slijtage. Een nieuwe heup. Een rollator. Middagdutjes. Incontinentie. In de luiers…..
Hé… je hebt dit eerder meegemaakt!
Maar je weet het niet meer.
Juist, zo gaat dat dus…
Ik vind de kleurpotloden niet meer in de wasmachine en ben me bewust van mijn volgende levensfase. 
Wat een leven…
Schitterend!

Gepubliceerd op Absolutely Enschede

maandag 17 september 2012

Op zoek naar de tas


Ik ben weer eens mijn sleutels kwijt. En mijn leesbril. Het hele huis doorzocht maar ik kan ze niet vinden. Mijn lief adviseert me om mijn tas eens goed na te kijken. En jawel, wat vis ik daar van de bodem van de oceaan? Mijn sleutels en mijn leesbril! Nu is de maat vol. Ik ben gewoon toe aan een andere tas. Nu zou je denken dat dat een eenvoudige klus is. Nou, niets is minder waar.!
Mijn huidige tas heeft maar één vak waar je de hele zooi in één keer in moet mikken. Dus brillen, sleutels, een klein make-up tasje, mini-deo, portemonnee, autopapieren, mijn pasjesmapje, pennen, papier, zakdoekjes, snoepjes, telefoon, ga maar door… alles op één berg. Het is net een mixer. Als je het éne ding uit je tas pakt, verplaatst het andere zich stiekem. Als ik iets zoek dan doe ik dat meestal op de tast. Even grabbelen en… altijd prijs!
Weet je, ik wil een vrolijke, leuke, praktische en vlotte tas. En een betaalbare! Ik heb veel gewéldige tassen gezien. Met veel ooh’s en aah’s heb ik ze door mijn handen laten gaan. Maar zodra ik er in keek, kon ik ze gelijk terugzetten. Of zodra ik het prijskaartje zag. Soms had een tas wel twee(!) vakjes en soms was de opening zo klein dat ik m’n portemonnee er amper in of uit kon krijgen. Nergens vond ik een leukerd met zes of acht vakjes zonder dat het gelijk op een hutkoffer leek.
Tot nu toe ben ik nog niet geslaagd. Maar zo kan het ook niet langer. Onlangs nog. Stond ik thuis wild met mijn tas bij m’n hoofd rammelen. Ik heb namelijk aan mijn sleutelbos zo’n poezenbelletje gedaan. Kijk, dat werkt zo: ik schud gewoon even flink met m’n tas en dan hóór ik gewoon of mijn sleutels in mijn tas zitten. Hoef ik niet meer te kijken. Kan ik gerust het huis verlaten omdat ik mijn sleutels ‘gehoord’ heb. Slim he? Maar ja… Soms liggen er wel eens losse euromuntjes in mijn tas. Voor het karretje van de super. En laten die losse muntjes nou nét zo klinken als dat poezenbelletje…
Sta je daar. Met je goede gedrag voor de gesloten deur.
Dus echt, ik móet een nieuwe tas.  En dan natuurlijk ook leuke bijpassende schoenen. En een leuke broek en shirtje erbij. Of een jas? Ach wat vervelend allemaal… Wij vrouwen hebben het maar lastig. Maar ja, soms móeten we wat hè? ;-)


Gepubliceerd op Absolutely Enschede

maandag 3 september 2012

Ruhe, rust en heanig an...


Zomervakantie? Schitterend. Heerlijk. En… verrassend. Jong en oud is op zoek naar rust, genot en gezelligheid. Of wil iets ondernemen. Bijna geen vakantie is hetzelfde. Toch gaan de meeste mensen erop uit om te genieten. Ik hoop van harte dat je een mooie vakantie hebt. Of hebt gehad. Met ontspanning. En vooral: dat je hebt genoten!
Dit jaar kwamen wij op een camping waar een enorme plek was afgezet met rood-wit lint. Alsof het een plaats delict was. Er stonden een paar kleine tentjes en een oude vouwwagen. En… het was er best een zootje. ‘s Avonds arriveerde een grote groep jongeren van het strand met een oud busje. Zij waren de ‘eigenaren’ van die plek en stonden dus achter het lint. De deuren van het busjegingen open en vele blikken en flessen drank werden uitgeladen. Die waren vast niet vies van feestjes. Dat beloofde een lange nacht te worden… De uit de kluiten gewassen jongeren maakten het zich onder de twee partytenten gemakkelijk en op hun grote zware tuinmeubelen werd het een gezellige boel. Ze waren wat aan het dollen en aan het lachen. Maar, er was absoluut geen overlast. Ze waren zelfs een lust voor het oog! Het waren brave gezellige burgers. Zo zie je maar, niets is wat het lijkt.
In een andere plaats leerden we een aantal Duitse mensen kennen en na het avondeten zaten we gemoedelijk bij elkaar. We spreken een aardig woordje Duits en zelfs de overige Nederlandse gasten dachten dat wij Duitsers waren. Geheel ontspannen genoten we van de mooie dag die we hadden gehad. Ervaringen en reisverhalen werden uitgewisseld. Een wijntje later arriveerde een Belgisch stel in het schemerdonker. De man parkeerde zijn vehikel 20 meter verderop. Eerst met de deur naar ons toe. Na tien minuten om zijn vakantiepaleis te zijn gelopen besloot hij dat zijn hut moest worden omgedraaid. Hij maakte geen ontspannen indruk. Eigenlijk… spatte de stress van zijn lijf. Na een paar minuten flink aan zijn stuur te hebben gedraaid stond hij andersom. Zo zeg, díe was aan vakantie toe! Het was volgens mij besmettelijk want zijn wederhelft had dezelfde stress-symptomen. Binnen drie minuten waren alle luiken gesloten. Geen goedenavond, geen knikje en zelfs… geen wijntje op deze prachtige zomeravond!
Er zaten die avond nog vele groepjes reizigers bij elkaar te genieten maar na een kwartiertje vloog de deur van de nieuwe logé open en baande de man met grote stappen onze kant uit. Met de wijsvinger in de lucht zei hij bozig (overigens op zijn mooiste Duits) dat het al ‘Mitternacht war’ en dat hij wou ‘schlafen’. We moesten állemaal zachtjes doen.
Onze uurwerken stonden op dat moment bijna op half elf dus we zwegen allen wijselijk. We keken hem eigenlijk alleen maar vol verbazing aan.
Bij het weglopen mopperde hij nog even flink op ‘al die vreselijk lawaaiige Duitsers’.
Ach meneerke, niets is wat het lijkt…

(gepubliceerd op Absolutely Enschede)

zaterdag 18 augustus 2012

Genotszakje :-)


Wie kent die momenten niet: dat je in de auto iets te knagen moet hebben. Te happen. Te snoepen. Mijn gedachten flitsen dan van grote zakken Engels drop naar een zuinig 1-calorie-arm Tik-tak-je. Ik ben dol op (oftewel verslaafd aan) dropjes, snoep, pepermunt… eigenlijk alle vormen van snoep. Grote zakken, kleine zakken, doe ze in mijn autootje! Vaak ligt er een zak in mijn auto. Leeg wel te verstaan.
Zo’n knaagmoment had ik ook vorige week. Het dashboardkastje was leeg. Mijn tas had ik al op de kop gezet maar ook daar kwam weinig eetbaars uit. Dus wat moet je dan? Ik moest toch nog tanken dus sloeg ik twee vliegen in één klap. De auto weer een volle buik en ik weer wat snoep in mijn autootje.
Het hele snoepschap kan ik drómen! Ik wist dus al, voordat ik bij het tankstation aankwam, welke zak de mijne zou worden. Het zou die met die drop-mix worden. Zoet, zout en pepermunt in één zakje. Heerlijk. Dat werd die dag mijn genotszak!
Al lachend en zingend stapte ik uit. Juist, eerst even tanken. Mijn vrolijkheid werd tijdens het tanken aardig op de proef gesteld. De euro-teller kwam steeds dichter bij de honderd. Even dacht ik dat ik de magische grens ging halen maar vlak voor de honderd kon er geen druppel meer bij in… Slik. Wat een prijzen! Ze weten aan de pomp wel hoe ze jouw grijns van je smoel moeten halen.
Er flitsten toen ineens allemaal gedachten door mijn hoofd. In Swaziland kost een litertje slechts 10 cent. En in Koeweit 18 cent. Water is in die landen wel hartstikke duur.
Dus… wat als we … eens een geultje graven van zo’n oliestaatje naar Nederland? En we gooien er twee pijpjes in. Eén voert het overtollige water Nederland uit. We hebben immers zat van dat regen-nat?! En die andere pijp gebruiken we om olie ons landje in te laten stromen. Swaziland blij en Nederland blij. Juist…
Wel prettig die kinderlijke gedachten. Dat is vast één van de redenen waarom ik niet de politiek in ben gegaan.
Maar kom me niet aan met de milieuvriendelijkste optie: ‘dan ga je toch op de fiets?’ Dat wil je niet meemaken! Want ik heb áltijd tegenwind… en als ik ga fietsen regent het áltijd… Je wilt mij daarom écht niet dagelijks op de fiets, tenzij je de toeristische industrie om zeep wilt helpen! ;-)
Afijn, wat moet, dat moet. Dus na het tanken heb ik betaald.
Met loodvrij in m’n tank en lood in mijn schoenen.
Maar, het ergste ontdekte ik toen ik bijna thuis was…
Ik was mijn genotszak vergeten!

donderdag 5 juli 2012

Telefoonterreur!!!


Van huis uit ben ik beschermd opgevoed. Mijn moeder had de touwtjes goed in handen en daar maken we nu nog vaak grapjes over. Wat wil je, vier kinderen waarvan drie jongens! Ik was natuurijk de rustigste. Nou, ja, mijn moeder had in ieder geval weinig problemen met mij. Zegt ze. En als mijn moeder dat zegt, dan is dat zo!
Maar dan al die goede bedoelingen… Ach, je kent dat wel. Je groeit op en vindt al die bezorgdheid al gauw bemoeizucht. Je denkt dat je het allemaal wel weet. De ideeën van mijn moeder waren ouderwets en ze leek te leven in de prehistorie. Ja mam, ik weet nu wel beter. Maar ineens… Ineens werd ik opstandig en wou ik het op mijn eigen manier gaan doen. En ik weet één voorval nog heel goed… 
Ik was geloof ik 19 jaar jong en het was op een zaterdag avond. Mijn ouders vonden altijd dat ik op tijd thuis moest zijn. Ik was nog in de groei, moest er vroeg uit en meer van dat soort argumenten. Ja, mijn ouders vonden dat samen, maar mijn moeder bracht de boodschap over. Ze vond twaalf uur ’s nachts een mooie tijd om thuis te zijn. En als ik te laat was liet ze de telefoon altijd twee keer overgaan waarna ik braaf naar huis vertrok. Moeders wil was wet.
Nog even voor het plaatje: ik zat dus gewoon bij mijn schoonouders in huis. Ik hing dus niet in één of andere vage discotheek. Nee, braaf op de bank met de liefde van mijn leven. Kaarsjes aan, drankje erbij. Gezelligheid die geen tijd kende. Meer had ik niet nodig.
Tot op een avond… Ineens was het twaalf uur… Zelf had ik het gevoel dat de avond nog moest beginnen, zó gezellig was het. De tijd tikte echter onverbiddelijk door. Wat moest ik doen? Ik wist zeker dat mijn moeder thuis ook op de klok zat te kijken. Maar daar was de opstandige ik. Ik was verdorie 19 jaar! Dan was twaalf uur toch geen tijd om al thuis te moeten zijn? Mijn vriendin, die wel naar de disco ging, kwam soms pas om drie uur thuis! Ik vond dat ik gerust langer weg kon blijven, ik wist zelf wel wat goed voor me was. Dus bleef ik zitten.
En jawel, om tien minuten over twaalf ging de telefoon twee keer over. Dit was hét teken dat ik naar huis moest komen! Zenuwen gierden door mijn lijf. Na een kwartiertje trok ik de stoute schoenen aan en… liet de telefoon bij mijn ouders twee keer overgaan! Nu zouden ze het vast wel snappen. Het moest zijn afgelopen met die telefoonterreur. Om één uur zat ik nog steeds met een drankje bij mijn schoonfamilie. Maar echt lekker zat ik niet. Mijn lief bracht me naar huis. Het was slechts één kilometer fietsen maar door het lood in mijn schoenen leek de weg eindeloos…
De volgende dag liet ik mijn moeder heel subtiel weten dat ze niet meer hoefde te bellen. Ik kon zelf wel klokkijken en was in mijn ogen volwassen genoeg om wat later thuis te komen. Ze vond het vast niet leuk maar… ze heeft nooit weer gebeld! Later hebben we er hartelijk om gelachen. Je moet als ouders wel je grenzen stellen hè? Daar ben ik inmiddels wel achter mam!
Nog regelmatig gaat bij ons thuis de telefoon twee keer over.
Dat doen onze kinderen.
Nee, niet om te laten weten of ze wel of niet thuis komen.
Maar zodat ik ze terug kan bellen.
Omdat hun beltegoed weer eens op is…..

donderdag 28 juni 2012

Kunstig!


Ik heb geen artistieke kwaliteiten. En er gaat zeker geen kunstenaar schuil in mij. Maar ik ken mensen die met een potloodje of met een beetje verf de prachtigste dingen tevoorschijn toveren. Ik noem dat magie. Ze maken van een blanco doek de mooiste creaties. Een beetje jaloers kan ik daar wel op worden…
Met een groep vriendinnen heb ik tijdens een weekeindje-weg een acrylverf- workshop gehad. We moesten, onder begeleiding, binnen een paar uurtjes iets met bloemen op het witte doek toveren. Ik bedacht dat een hortensia wel een leuke bloem zou zijn… Het ging natuurlijk om de gezelligheid en dat we samen bezig waren. Maar, zoals het een beetje streber betaamd, wou ik ook een ‘behoorlijk’ eindresultaat. Ik kon natuurlijk niet thuiskomen met een ‘wat-heeft-zij-nou-weer-geschilderd’ werkje. 
Met het puntje van mijn tong uit mijn mond heb ik het doek bewerkt. Ik heb álles gegeven. Volle concentratie. Maar iedereen was al bijna klaar toen ik nog een halve hortensia moest schilderen. Het vereiste een bepaalde techniek waardoor ik veel tijd per blaadje kwijt was. Geloof me, een hortensia heeft dan ineens heel veel bloemblaadjes!
Eenmaal thuis was ik nog steeds best trots op mijn kunstwerk. Al was hij paars in plaats van oud roze en al had hij veel open plekken waar eigenlijk bloemblaadjes hadden moeten zitten. Totdat iemand me vroeg wat die paarsige dingen met dat groen op dat doek was. Hevig ontdaan vertelde ik dat het wel eventjes mijn hortensia was! Dat mijn bloed, zweet en tranen er bij ingeschilderd waren! Maar het gaf weinig respect. Ineens bekeek ik mijn creatie met heel andere ogen…
Het ding hangt nu in onze hal. Niet aan een schroef of een haakje maar het houdt zich hangende aan een ongebruikte lichtschakelaar. Het kleeft als het ware aan de muur. Wachtende op oprecht respect en waardering die het zekerste weten nooit zal krijgen…
Vorige week kwamen er vriendinnen langs. Eén ervan is nogal nieuwsgierig en mag graag voelen in plaats van kijken. Ze raakte mijn ‘op scherp’ opgehangen kunstwerk aan en jawel, het smakte tegen de grond. In de woonkamer hoorde ik de val en wist gelijk wat er gebeurt was. Mijn hortensia! Zou die kapot zijn? Gebroken? Gescheurd? Maar nee hoor. Zo slecht als ik kan schilderen, zo slecht kan zij dingen laten vallen. Mijn hortensia leeft dus nog… Ik denk wel het geval binnenkort richting zolder verdwijnt.
Want dat kan ik wel heel goed. Dingen laten verdwijnen. Ieder zijn kwaliteiten!

vrijdag 22 juni 2012

Gekken en dwazen...


Bij mijn wandeling in het parkje, vlak bij ons huis, zie ik altijd een mega-grote boom met ingegraveerde initialen. Ergens in een verliefde bui heeft hier de huidige bejaarde generatie staan te jongleren met een zakmes. Jaartallen kan ik niet ontdekken maar de boom heeft een omtrek van meer dan een anderhalve meter. Dus die ouwe kwajongens gingen vroeger met het meisje naar een parkje om daar te vrijen, te friemelen en weet ik wat nog meer… en dan namen ze een zakmes mee! Griezelige gedachte…
In het verkeer zie je ook wel eens een auto of vrachtwagen waar iemand  ‘V I E S’  of ‘ik wil gewassen worden’ heeft opgeschreven. De vinger waarmee dat geschreven was heeft dat vast ook geroepen toen het eenmaal op de auto stond. Nog leuker is het als er allemaal boodschappen, kreten en namen op de auto staan geschreven. Ik lees het meestal lachend. 
Een tijdje geleden ging ik op een avond naar het kroegencentrum van Enschede. En waar wat drank in gaat, moet ook wel eens wat uit. Dus moest ik met frisse tegenzien het toilet bezoeken. Ondanks dat het volgens het onderhoudsschema aan de muur ‘regelmatig’ schoongemaakt werd kon ik de spetters op de bril en het geurtje van mijn voorgangsters niet echt waarderen. Maar er hing toiletpapier dus toen ik een en ander gereinigd had kon ik lozen.
Eenmaal met mijn gezicht naar de deur viel ik bijna van de bril van verbazing. Want op de deur stonden behalve de namen van de dames die er ooit geweest waren ook de namen van de mannen op wie ze ooit verliefd waren. Wie ze misten. Of aan wie ze een bloedhekel hadden. Met wie ze het gedaan hadden en wie goed was in bed en wie niet! Namen met centimeters… Ik vergat van verbazing bijna door te plassen… Jaartallen, hartjes, welk drankje lekker was, ga maar door! En dat was niet alleen met een scherp voorwerp in de deur gegraveerd, maar er ook met viltstiften opgekalkt. Ik heb er even heerlijk zitten gniffelen.
Mijn moeder zei het altijd al: ‘gekken en dwazen schrijven hun namen op deuren en glazen’.
Bij mij komt alweer de vraag bovendrijven hoe iemand er op komt om een viltstift mee te nemen naar de stad. En naar het toilet! Want als ik mijn tasje van die avond op de kop zet komt er weinig uit waarmee ik een deur te lijf kan gaan. Ja, mijn sleutels om ín het slot te steken. Verder dan mijn telefoon en wat tut-prullaria kom ik niet. Waardeloos.
Met mijn zooi krijg ik geen kreet in een boom of deur gegraveerd! En daarbij, het ontbreekt me ook duidelijk aan creativiteit. Want ik zou niet wéten wat ik zou moeten schrijven! Maarja… nieuwsgierig ben ik wel.
Bij een volgend bezoek aan de plaatselijke horeca ga ik naar het herentoilet…

woensdag 6 juni 2012

Kinderlijk geluk...


Ik vraag het me wel eens af: “heb ik dat nou alleen?”. Een tijdje geleden liet ik, zoals zo vaak, de hond uit. Ik zag op het hek van de overburen twee kraaien. Heel brutaal zaten ze me met hun zwarte kraalogen aan te kijken. Ze hielden me in de gaten. Maar ik hun. En ineens deed ik het. Ik sprong in de lucht, klapte in mijn handen en riep tegelijkertijd “Whaaaa”! De kraaien schrokken en vlogen weg. Gniffelend liep ik verder. Ik heb niet gekeken of iemand me heeft gezien maar het voelde zo lekker! Want ik deed iets wat er vast heel dom uit zag maar me toch een heppie-de-peppie gevoel gaf.
Ja, ik geef het eerlijk toe. Ik heb vaker van die momenten. Als iemand voorover staat en ik loop langs heb ik soms moeite me te bedwingen om even een plagend tikje uit te delen. Of om te doen alsóf ik een tikje uit wil delen. Weet je wat ook leuk is? Bij de Ikea in het magazijn met één been op de kar gaan staan, je af te zetten en stuurloos al zingend door de gang te zoeven. Op een fietspad tussen de stippellijn doorzigzaggen. Gekke bekken trekken voor winkelramen of voor de spiegels bij de doe-het-zelf-winkel. In het verkeer heel hard beginnen te lachen naar iemand die compleet gefrustreerd in de auto zit. Het brengt allemaal zo’n belachelijk fijn kinderlijk geluksgevoel bij me naar boven.
Vroeger hield ik me nog wel eens in. Soms. De kinderen riepen dan vol schaamte “mamaaa!!!”. Uiteindelijk hebben zij de moed opgegeven en laat ik me nergens meer door weerhouden. Het zit in me. Dan ontglipt me weer zo’n huppeltje. Doen we tikkertje in de super. Jakkeren we samen met de kar door het magazijn van de Ikea. Lachen we lekker met elkaar en om elkaar. Heerlijk vind ik het. De wereld is al saai genoeg, ik probeer haar af en toe alleen maar een beetje mooier te kleuren. Wat me wel is opgevallen is dat ik het andere mensen nooit zie doen.  Tenminste, nooit als ik ze zie. Die lopen keurig netjes met het kroost door het leven. Oh, ik weet het al…
Die hebben vast heule strenge kinderen! ;-)

woensdag 23 mei 2012

Peperscheetje


Op AbsolutelyEnschede.nl hebben de mannen een hele week het rijk alleen gehad... n.a.v. die week deze blog:
Heerlijk om die mannen de afgelopen week eens de vrije hand te geven.  Spannend. Waar schrijven ze over? Wat wordt het? Nou, weinig gepeperde onderwerpen. Het gaat over vrouwen en… kinderen. Geweldig! De wereld van de man blijkt nogal leeg zonder een vrouw. En dan heb ik hier het dus over de man-vrouw man.
Want wat zijn ze stoer, onze lieverds, maar wat zijn ze uiteindelijk toch ook zwak. Laat me niet lachen; jullie moeten zogenaamd niets van enige vastheid in jullie leven hebben. Uiteindelijk blijkt gewoon dat jullie nog geen maand zonder ons kunnen, want dan begint het overal te jeuken. En dan bedoel ik ook echt o-ver-al!
Ja man, wat moest je in een wereld met alleen maar mannen? Want als je dan op een terras zit, waar moet je dan naar kijken? Naar al die geweldige soortgenoten van je? En waar kun je écht met je probleempjes tegenaan zeuren? Nee, je vrienden… Die zien je aankomen in de kroeg! Daar gaat je reputatie als gezellige onbezorgde kroegtijger! En wie heb je in tijden van nood naast je om je te troosten? Oh nee, sorry, een man heeft geen emoties dus jullie hoeven niet getroost te worden. Túúrlijk…. Was ik even vergeten (grinnik).
Wat is er voor ons vrouwen heerlijker om te lezen dan dat mannen zonder vrouwen gaan praten over porno, stoere televisie, auto’s en zich laten harsen. Let op: in al die onderwerpen draait het uiteindelijk maar om één ding: vrouwen. Want hoe stoer, hoe sterk, hoe mannelijk en hoe macho het ook klinkt, het verhaal is niets zonder een vrouw. Want wat heb je aan die stoere tig-cilinder als er geen vrouw bij staat te kwijlen? Waarom zou je je ballen laten harsen als er geen andere handen dan je eigen aan te pas komen? Dus wie oordeelt er uiteindelijk of iets stoer, sterk, mannelijk en macho is? Juist de vrouw!
Ooit kregen we een opdracht van onze mannelijke hoofdredacteur: schrijven met meer peper. Wat het ook moge betekenen: ik denk niet dat ‘het laten vliegen van scheten’ een peper inhoudt. Ik weet wel dat als er mij eentje ontsnapt, mijn lief daar niet vrolijk van wordt. Dat pepert hij me er altijd flink in!
Ach, wij vrouwen proberen sinds mensenheugenis de man in het gareel te laten lopen zodat hij onder de mensen kan komen. Zodat hij gedistingeerd is. Jawel: gedistingeerd. Pracht woord voor o.a. welgemanierd! Mannen… jullie zijn geweldig. Echt Heerlijk. Fantastisch zelfs! Maar in de meeste gevallen niets… zonder een vrouw. ;-)
Dus sorry hoofdredacteur… eigenlijk ben ik wel weer klaar met die rode peper.
Ik wil voor mezelf graag terug naar kneuterig lief, leuk, gezellig, knus, warm, huisje, boompje, beestje… met af en toe een knetterharde scheet.
Oh ja, reukloos als het effe kan!

donderdag 10 mei 2012

Tuinieren


Ik kom er maar eerlijk voor uit: ik heb geen groene vingers. Bloemen en planten hebben bij mij thuis geen lang leven. Zowel binnen als buiten. Ik vergeet ze namelijk altijd water te geven…
Mijn schoonmoeder heeft een weelderige tuin. In het voorjaar komen er tulpen, hyacinten en narcissen naar boven. En van die blauwe dingen. Druifjes! Juist, die ja! De oudere mensen, of zij die overdag veel tijd hebben, blijven bij haar tuintje altijd even stilstaan. Mijn schoonmoeder heeft allerlei kleuren gepoot en het ligt er altijd schitterend bij. Ze heeft namelijk een hekel aan ‘kale plekken’. Daardoor is haar hele tuin één bloemenpracht. En het is echt geen klein tuintje! Ga me niet vragen hoeveel tijd ze op haar knietjes in het zand doorbrengt om het onkruid te wieden… Respect!
Persoonlijk kan ik nog net een cactus en een vetplant uit elkaar houden maar veel verstand van de plantenwereld heb ik dus niet. Dan zie ik weer iets geels in het voorjaar naar boven komen en dan zeg ik vrolijk “O, kijk, een eh … hoe heet die ook al weer?” Soms zoek ik het thuis op want ik ben wel nieuwsgierig. Maar dat ben ik de volgende wandeling alweer vergeten…
Dit jaar kreeg ik met mijn verjaardag bloemen. Van die schitterende bossen. En daar geniet ik met volle teugen van. Wel jammer dat ik ze allemaal tegelijk krijg. Het hele jaar door is het armoe troef en op die ene dag in het jaar sleep ik me het apezuur met de vazen…
En tja, bloemen moet je water geven hè? Bij mij is zo’n bos na een paar dagen helaas aan het transformeren tot een droogboeket. Tulpen zijn vergevingsgezind: die waarschuwen je nog even. Zo van “hallo, zie ons eens zielig staan!”. Die laten die het kopje hangen en dan kun je ze bij-wateren. Maar als je een roos vergeet is ie onvergeeflijk: hij komt niet terug. En zo zijn er nog wel een paar.
Nou is onze tuin geen plantentuin. Het is een vijver. Manlief heeft namelijk ook geen groene vingers. Die is al lang blij dat hij in het voorjaar de drie boompjes aan de straatkant heeft gesnoeid. Hij kijkt, gelukkig net als ik, liever naar die grote waterbak dan naar bosjes en struikjes.  Er zitten overigens wel heel veel plantjes ín onze vijver. Vraag maar niet hoe ze heten… Echt, geen flauw idee.
Maar onze vissen mag ik rustig vergeten bij het water geven!