Ik vraag het me wel eens af: “heb ik dat nou alleen?”. Een tijdje geleden liet ik, zoals zo vaak, de hond uit. Ik zag op het hek van de overburen twee kraaien. Heel brutaal zaten ze me met hun zwarte kraalogen aan te kijken. Ze hielden me in de gaten. Maar ik hun. En ineens deed ik het. Ik sprong in de lucht, klapte in mijn handen en riep tegelijkertijd “Whaaaa”! De kraaien schrokken en vlogen weg. Gniffelend liep ik verder. Ik heb niet gekeken of iemand me heeft gezien maar het voelde zo lekker! Want ik deed iets wat er vast heel dom uit zag maar me toch een heppie-de-peppie gevoel gaf.
Ja, ik geef het eerlijk toe. Ik heb vaker van die momenten. Als iemand voorover staat en ik loop langs heb ik soms moeite me te bedwingen om even een plagend tikje uit te delen. Of om te doen alsóf ik een tikje uit wil delen. Weet je wat ook leuk is? Bij de Ikea in het magazijn met één been op de kar gaan staan, je af te zetten en stuurloos al zingend door de gang te zoeven. Op een fietspad tussen de stippellijn doorzigzaggen. Gekke bekken trekken voor winkelramen of voor de spiegels bij de doe-het-zelf-winkel. In het verkeer heel hard beginnen te lachen naar iemand die compleet gefrustreerd in de auto zit. Het brengt allemaal zo’n belachelijk fijn kinderlijk geluksgevoel bij me naar boven.
Vroeger hield ik me nog wel eens in. Soms. De kinderen riepen dan vol schaamte “mamaaa!!!”. Uiteindelijk hebben zij de moed opgegeven en laat ik me nergens meer door weerhouden. Het zit in me. Dan ontglipt me weer zo’n huppeltje. Doen we tikkertje in de super. Jakkeren we samen met de kar door het magazijn van de Ikea. Lachen we lekker met elkaar en om elkaar. Heerlijk vind ik het. De wereld is al saai genoeg, ik probeer haar af en toe alleen maar een beetje mooier te kleuren. Wat me wel is opgevallen is dat ik het andere mensen nooit zie doen. Tenminste, nooit als ik ze zie. Die lopen keurig netjes met het kroost door het leven. Oh, ik weet het al…
Die hebben vast heule strenge kinderen!