zaterdag 25 januari 2014

Het levenspad


Is je pad kronkelig 
hobbelig
steil en vol gaten?
Wees blij! 
Dat is tenminste iets

Een rechte asfaltweg 
lijkt mooi
maar zonder afslagen 
brengt het je... 
tot niets

vrijdag 24 januari 2014

Volle zak

Vaak stel ik dingen te lang uit en dan kom je ineens tot de ontdekking dat je achter de feiten aanloopt. Zo ook met deze zak. Want die zat al een tijdje overvol en moest echt vervangen worden. Uitstellen kon niet meer. Ik heb er absoluut geen probleem mee om afscheid van zo’n zak te nemen, maar ik moest wel eerst nieuwe halen. Ja sorry, mijn voorraadje was op…
Gauw naar de winkel waar ze meerdere zaksoorten verkopen. De uiterst vriendelijke verkoopster raadde me een merkloze zak aan. Daar kon ik het volgens haar ook heel goed mee doen. Die zouden net zo goed zijn als de merkzakken. Nou, ik was benieuwd en thuisgekomen ben ik gelijk de nieuwe gaan gebruiken.
Ze had gelijk. De zak paste perfect. Hij was ervoor gemaakt!
‘Iedereen blij’ zou je denken.
Nou, niet dus.
Want voordat ik de nieuwe kon gaan gebruiken moest ik de oude verwijderen. En toen ik die overvolle zak aanraakte ging het mis...
Heb je wel eens een overvolle zak verwijderd? Aha, dat dacht ik al. Het was me ineens een zootje!
Overal rondom die oude zak lag wel wat. Het leek alsof er een explosie was geweest! Wat een rotzak...
Het kostte me al met al ruim een kwartier voordat ik alles weer had opgeruimd en de oude definitief de deur had uitgewerkt.
De nieuwe zak kon eindelijk zijn werk gaan doen.
De komende weken kan ik in ieder geval weer vooruit.
Want voordat deze zak vol zit kan ik nog heel wat uurtjes stofzuigen!

;-)





zondag 19 januari 2014

Tijd is kostbaar

Overdonderd door verloren tijd
liepen de wijzers niet
maar kropen traag. verdriet
minuten en uren van spijt...


Razende tijd. zo verrekte vlug
benut bewust elk moment
met wie of waar je ook bent

want geen seconde komt terug...

woensdag 15 januari 2014

Het licht

‘s Morgens om half acht vertrek ik vanaf huis. Heb ik alles? Telefoon. Sleutels. Tas. Present! Ik open de schuur en pak mijn fiets. Het is nog aardedonker. Voorlicht en achterlicht: dubbele check. En in mijn hoofd zeg ik het zinnetje “daar kan ik weer mee thuis komen”. Kan er niets aan doen, die zit er in gebeiteld. 

Nog maar net onderweg word ik geconfronteerd met een kind van achterlijke ouders. Want je moet als ouders wel heel achterlijk zijn om je kind zonder verlichting naar school te laten gaan. 
Of... het is gewoon een achterlijk kind dat op weg is naar school. Want je moet als kind wel heel achterlijk zijn om jezelf totaal onzichtbaar op de weg te verplaatsen. Misschien leert dat kind nog wat op die school. Als het school überhaupt haalt… 
En daar kan ik soms best boos en verdrietig van worden.

Ik durf er niets van te zeggen. Ze timmeren je tegenwoordig gratis en voor niets in elkaar. Of je wordt verbaal verkracht. Daar zit ik niet op te wachten. Maar in mijn hoofd galmt het zinnetje “ze zien jou waarschijnlijk liever niet meer thuis komen”… En dat terwijl ik het wel uit zou willen schreeuwen: “Doe je licht aan! Niemand ziet je! Straks kun je niet meer thuiskomen!” Maar ik zwijg...

Op een ochtend heb ik eens geturfd. Eén op de drie had de verlichting niet aan. Maar wat is het excuus om geen licht aan te doen? Wij hadden ‘vroeger’ nog van die mega zware dynamo’s aan ons stuur hangen. Onmogelijk te gebruiken bij tegenwind. En als het maar iets sneeuwde of vroor dan werkte dat ding niet meer. Dat was pas een excuus. Maar verder haalde je het niet in je botte harses om zonder licht te fietsen. Dat dééd je gewoon niet. Dat was verboden én gevaarlijk!
En nu? Nu hoef je die verlichting niet eens meer méé te trappen. Daar hebben ze losse lampjes op batterijen voor uitgevonden. Er is dus geen excuus te bedenken om in het donker zonder licht te fietsen. 

Vergelijk die fietsverlichting met seks. Bij seks zorg je ook voor bescherming. Want je wilt geen nare ziektes oplopen. Of een kind krijgen. Ik noem maar een zijweg. Die bescherming hou je niet in je zak. Die gebruik je! 
Nou, gebruik dan ook die verlichting op je fiets! Het zit er op. En nee, die verlichting is geen garantie tegen ziektes maar je bent wel van voren en van achteren beschermd. :-)

Rijden zonder licht, dat dóe je toch niet?!
Stel je voor dat alle auto's ineens zonder licht gaan rijden! Moet je eens kijken hoeveel punten ze dan scoren. Van het rijbewijs bedoel ik... 

Onze eigen kinderen werden de ogen ook geopend toen ze het autorijbewijs hadden. “Mam, die fietsers zonder licht zijn onzichtbaar!” En: “Wat een idioten! Je ziet ze pas op het laatste moment en je schrikt je dood!” 
Vervolgens slingeren er allerlei verwensingen naar de hoofden van de duistere rad-draaiende figuren. 
Ik kan me telkens nog nét inhouden met mijn "ik zei het toch"...

Mijn conclusie: het is echt waar. 
Verstand komt met de jaren.
Want dan zie je het licht!
Als ze dan maar wel thuis blijven komen...

De vertaalmachine

Hans ontmoette Yu in Taiwan. Hopeloos verliefd nodigde hij haar uit om Nederland te bezoeken. Yu nam zijn uitnodiging dankbaar aan.

Een maand later genoten ze volop van elkaar, van tulips en windmills. En omdat Yu slechts gebrekkig Engels sprak, vertaalde Hans liefdevol meteen alles wat ze aanwees of oppakte.

Helaas.
Na een tijdje ebde zijn verliefdheid weg. 
Hij vond het cultuurverschil en de taalbarrière dodelijk vermoeiend. 
Haar accent irriteerde hem mateloos. Yu was onhandig, niet grappig en helaas ook nog eens onaantrekkelijk.

Toen ze op een dag een blik soep wou verwarmen las ze het opschrift.
“Awtunsoup”.
Yu voelde zich ineens ongemakkelijk toen Hans zwijgend de keukenla opende.
Hij nam de blikopener.
De “eyeopener”.
Yu woont weer in Taiwan.




Gepubliceerd op 120w.nl n.a.v. het thema 'blikopener'


dinsdag 14 januari 2014

Tegenstrijdig

Hoe onvoorstelbaar tegenstrijdig 
kan deze aardbol zijn?
Daar waar de één in weelde leeft
daar lijdt een ander pijn

De wereld is als een stuiterbal
met warmte en met kilte
met haat en nijd en veel lawaai
en dan weer zoete stilte...

Wat is de waarde van een leven
er zijn ziektes, er zijn moorden
maar weet, er zijn ook goede mensen
en liefdeskinderen worden geboren

Probeer het mooie te ontdekken
want liefde schuilt echt overal
met vallen en opstaan zul je zien:
de wereld ... is een toverbal! 

vrijdag 10 januari 2014

K*T

Toen onze kinderen na schooltijd een keer samen aan het spelen waren, hoorde ik vanuit de woonkamer ineens een serieus scheldwoord. Dat leren ze op het klimrek en in de zandbak. Tussen neus en lippen door kwam ijskoud een K*T tussen de Duplo-blokken te liggen. En met k*t bedoel ik niet de viervoetertjes of badkamerhoekjesvuller. 

Ik geloofde mijn oren niet. Nee! Zo jong en dan al... M'n nekharen gingen recht overeind staan en al mijn moederlijke zintuigen stond op scherp. Mijn bloedjes gingen naar de verdommenis. Maar dát mocht niet gebeuren! Daar moest wat aan gedaan worden.

Dus heb ik (destijds nog geheel ouderlijk verantwoord) de kinderen aan de keukentafel plaats laten nemen en ze gedurende twee minuten alle scheldwoorden laten opnoemen die ze kenden. Twee minuten... Inderdaad. Dat was dus veel te lang. Want na een paar woordjes wisten ze al niets meer en begonnen ze andere 'vieze' woordjes op te noemen. Poep, pies, plas... Ik heb ze nog aangemoedigd. "Kom op, de twee minuten zijn nog niet voorbij!" Hilariteit bij 'tieten' en 'piemel'... 

Na deze vieze-woorden-sessie heb ik ze uitgelegd wat k*t betekende. Toen vonden ze het alleen nog maar 'een heel raar woord'. Gelukkig. Ik was opgelucht en zag weer een roosk(l)eurige toekomst voor ons kroost. 

Ik heb ze laten beloven dat ze geen scheldwoorden meer mochten gebruiken. 
Alleen als het viezewoorden-tijd was.  
En daar hebben ze zich keurig aan gehouden. 
Voor een tijdje...

dinsdag 7 januari 2014

Te vroeg

Vanmorgen bij het ochtendgloren
werd ik bijna blij
toen zong de merel 
en floot een kerel
Maar 't was voor allebei 
toch iets té vroeg voor mij ...





Geschreven n.a.v. de warmste 6-januaridag (sinds metingen werden geregistreerd)




zondag 5 januari 2014

Alleen

Op ons stationnetje zat ik braaf te wachten op de trein. Een oud mannetje kwam aangelopen met een fiets aan de hand. Vlekken op zijn jas en broek. Een stoppelbaard van een paar dagen. Vieze nagels. Hij parkeerde de fiets voor het bankje waarop ik zat en hij kwam nét iets te dicht naast me zitten. Gelijk begon hij een gesprek. In gebrekkig Duits. Of ik naar de stad ging. Wat ik ging doen. Zijn tanden waren scheef en heel geel. De man kreeg van mij geen antwoord maar in plaats daarvan vroeg ik hem waar hij vandaan kwam. Nou, hij was alleen. En hij woonde sinds kort in ons dorp. Alleen. Hij was Duitser. ‘Keine Frau’. Hij ging met de trein naar de stad. Alleen. Ook de fiets ging in de trein. Maar hij was altijd alleen. Of ik ook koffie dronk? Hij had lekkere koffie. En of ik zin had om een keer koffie bij hem te komen drinken. Want hij was toch zo alleen. Normaliter zou ik verlegen gezwegen hebben maar ik was zijn opdringerige alleen-zijn zat. En als ik iets heb geleerd de afgelopen tijd, dan is het wel dat ik mijn mening niet altijd voor me hoef te houden.
Dus heel resoluut antwoordde ik “nee, ik kom niet bij u op de koffie. U moet iemand van uw eigen leeftijd zoeken die ook alleen is en daar lekker een kopje koffie mee gaan drinken. Verder heb ik geen zin meer om met u te praten”. Ik stond op en verhuisde 20 meter verder op ons stationnetje. Klaar. De oude man bleef ook vanaf een afstandje onverstoorbaar tegen me praten. Hij was zo alleen. Juist. Ik was er alleen een beetje klaar mee en parkeerde mezelf in de negeer-modus. Gelukkig kwam de trein snel en de man verdween in een andere coupé. Wat een opluchting.
Eenmaal in de trein nam ik plaats tegenover een mevrouw. Ze groette me kort met een ´Gutentag´. Verder zweeg ze. Gelukkig. Rust.
Nou vind ik het leuk om zo nu en dan eens mensen te observeren. In dit geval had ik zeven minuten de tijd. Zo lang doet de trein er namelijk over om van ons dorp naar de stad te railen. De zon scheen op haar gezicht. Haar jas hing half open en haar telefoon lag losjes in haar hand. En ineens zag ik ‘m. Onderaan haar kin. Daar hing een enorme dikke zwarte haar van ruim 1 centimeter. Eentje. De zon accentueerde de eenling nog even wat extra doordat ze uit het raam bleef kijken. Op de een of andere manier kon ik nergens anders meer naar kijken. Wát een enórme haar…
De vrouw zag er, behalve die vreselijke uitgroei onderaan haar kin, netjes uit. Bij het opbrengen van haar make-up móet ze die haar toch een keertje tegenkomen? Of bij het tandenpoetsen? Waarom zegt haar partner dat niet?
Och jee… Allerlei gedachten flitsten door mijn hoofd. Ze is vast alleen. Ze heeft niemand die haar vertelt dat ze er zo’n enorme stoppel had zitten. Hee… Ze is Alleen… Ik kon een grijns niet onderdrukken. Spontaan kreeg ik het idee om haar te koppelen. Aan die eenzame vervelende Duits sprekende man die ik eerder was tegengekomen.
Door de luidsprekers klonk echter op gebiedende toon ´uitstappen in rijrichting links´.
We verlieten allemaal dezelfde trein.
Alleen…